De firma Poul Michelsen levert dagelijks levensmiddelen op de Faeröer eilanden. Sinds 2020 zijn de ritten van het bedrijf aanzienlijk verkort – een spectaculaire tunnel verbindt de twee grootste eilanden van de archipel met elkaar.
De afkorting.
'‘Kanska’ – ‘misschien’: wie de Faeröer eilanden bezoekt, zal dit woord heel vaak horen. “Als we ’s ochtends opstaan, weten we vaak alleen wat we ‘misschien’ die dag gaan doen”, zegt Poul Michelsen. De reden is even banaal als elementair: het weer midden in de noordelijke Atlantische Oceaan kan menig plan in de war sturen. “Op een zonnige vroege ochtend kan een stormachtige morgen en een mistige middag volgen”, aldus Michelsen. Toch is de 77‑jarige al bijna 50 jaar actief in een sector die moeite heeft met ‘misschien’: het door hem opgerichte bedrijf PM levert levensmiddelen aan supermarkten, winkels, restaurants en schepen.
Daarnaast is PM verantwoordelijk voor het dagelijks tot 11 uur uitleveren van melkproducten. “Zuivelproducten zijn minder lang houdbaar dan andere levensmiddelen”, zegt Poul Michelsen. “Onze klanten verwachten ze dagelijks vers, het liefst vroeg in de ochtend.” Bijvoorbeeld in het dorp Klaksvik, in het noordoosten van de eilandengroep. “Afhankelijk van het jaargetijde duurde zo’n rit maar liefst drie uur”, aldus Poul Michelsen. Chauffeur Hanus Egholm kent dit traject al 22 jaar: “In het begin was er zelfs nog een overtocht met de veerboot; toen moest ik nog vroeger opstaan – en of de veerboot dan echt voer, was onzeker.” Sinds vorig jaar kunnen chauffeurs en vrachtwagens het traject in ongeveer 50 minuten afleggen: dankzij een ambitieus infrastructuurproject, de Eysturoyartunnel.
De Eysturoyartunnel.
Onvoorspelbaar weer bemoeilijkt het goederenverkeer tussen de twee grootste eilanden van de Faeröer: Stremoy en Eyturoy. De Eysturoyar tunnel brengt verlichting. Uitgevoerd door middel van explosieboren, een combinatie van opblazen en boren, strekt hij zich uit over ongeveer elf kilometer en heeft hij een helling van maximaal vijf procent. Voor de tunnel werd meer dan een miljoen kubieke meter gesteente geruimd. Er waren 138.000 vrachtwagenritten nodig om het puin tijdens de twee jaar durende bouwperiode af te voeren. Toen was het tijd voor het afbouwen: er werd onder meer 40.000 kubieke meter spuitbeton verwerkt en ongeveer 150 kilometer kabel gelegd.
189
meter onder de zeespiegel ligt het diepste punt van de Eysturoyartunnel.
Ingang.
Geluidsinstallatie.
Rotonde.
Verse levensmiddelen voor elk eiland.
“We willen op alles voorbereid zijn”, zegt Michelsen. “Daarom hebben we sinds 1974 alleen Mercedes‑Benz in ons wagenpark.” Momenteel betreft het twaalf modellen uit de series Arocs en Actros, die regelmatig worden vervangen. “De vrachtwagens blijven ongeveer zes jaar in het wagenpark. Dat betekent dat we gemiddeld om de 1,5 jaar een nieuwe Mercedes‑Benz truck krijgen”, vertelt Michelsen, die wat betreft zijn Arocs overstapt is naar de variant 3263 – de topmotorversie. “Terreinen en wegen vormen een uitdaging en daarom hebben we kracht en tegelijkertijd de beste beschikbare remmen nodig.” Samen leggen de trucks zo’n 1.000 kilometer per dag af. Dat klinkt alleen voor niet‑Faeröerders weinig, lokale bewoners kennen de geografische en meterologische omstandigheden van het eiland. “We hebben de beste uitrusting nodig die we kunnen krijgen”, aldus Michelsen.
“Wij gebruiken al meer dan 40 jaar uitsluitend Mercedes‑Benz vrachtwagens.”
Geboren in Tórshavn, de hoofdstad van het eiland, besloot hij al vroeg om in de levensmiddelendistributie te gaan werken. Het beroemde verhaal van de start‑up uit de garage – Michelsen heeft het meegemaakt, ook al was het in zijn geval de kelder die voor hem, zijn vrouw en twee compagnons aanvankelijk dienst deed als kantoor en magazijn. Het bedrijf heeft zich sindsdien sterk uitgebreid. “Toen ik begon, waren er slechts twee soorten levensmiddelen op het eiland: verse en gedroogde producten. Maar ik wilde diversiteit”, zegt Michelsen terwijl hij opstaat en de trap richting het magazijn neemt.
Vorkheftrucks zoeven rond, werknemers verzamelen leveringen van fruit, gekoelde en diepgevroren goederen – een typisch tafereel uit de levensmiddelenlogistiek. Slechts 700 kilometer voor de Noorse kust, midden in de Noord-Atlantische Oceaan. “Tweemaal per week krijgen we twee 40 feet containers met verse levensmiddelen en gekoelde producten”, vertelt Michelsen. Een noodzakelijke aanvulling in dit land: “Als de schepen op schema liggen.”
Op tijd komen.
De Eysturoyartunnel is de derde en meest recente tunnel die een betrouwbare, namelijk weersonafhankelijke verbinding tussen de eilanden Streymoy en Eystmoy tot stand brengt. Op het diepste punt rijd je ongeveer 189 meter onder het oppervlak van de Atlantische Oceaan. De uitvoering van het tot nu toe grootste infrastructuurproject van de eilanden kostte omgerekend 360 miljoen euro.
5000
voertuigen rijden dagelijks door de Eysturoyartunnel.
De Faeröer.
Op de eilanden wonen meer dan 52.000 Faeröerders en de bevolking groeit. Deze stijging komt door een hoog geboortecijfer, immigranten uit Denemarken en Faeroërders die na jaren in het buitenland naar huis terugkeren. Ongeveer 42.000 geregistreerde voertuigen (waarvan ongeveer 4.700 vrachtwagens, meetmoment 2021) zijn een teken van uitgesproken individuele mobiliteit. De meeste banen zijn geconcentreerd rond de hoofdstad Tórshavn. De tunnel verkort de reistijd van daar naar het eiland Eysturoy met 30 minuten. Dit maakt de plaatsen daar bijzonder aantrekkelijk voor pendelaars.
“Een krachtige motor en perfecte remmen – de Arocs 3263 is ideaal voor onze eisen.”
Het weer te slim af zijn.
De eilandengroep van de Faeröer bestaat uit 18 eilanden; de meeste zijn via veerboten met elkaar verbonden. En er is welgeteld één brug – dit type constructie is te zeer blootgesteld aan de krachten van de natuur om een serieus alternatief te zijn. Sommige eilanden zijn op hun beurt alleen per helikopter bereikbaar. De vluchten zijn zelfs betaalbaar. “Maar je moet wel het een en ander kunnen verdragen”, zegt Michelsen. “De helikopters vliegen ook bij weer dat de passagiers flink door elkaar schudt.”
Dan is de nieuwe tunnel een stuk comfortabeler – en hij biedt ook nog eens een wereldwijd unieke attractie: diep onder de zee passeert het verkeer hier een rotonde. Niet op zomaar een plek, maar in het geografisch centrum van de archipel. De Faröerders hebben er een belevenis van weten te maken: de rotonde wordt op een sfeervolle manier verlicht door een installatie van kunstenaar Tróndur Patursson. Onderdeel van de enscenering is bovendien een 80 meter lange stalen sculptuur waarop levensgrote figuren als silhouetten te zien zijn. Patursson pakt daarmee een traditie van de Faeröerders op: honderden mensen houden elkaars hand vast en lopen van de duisternis naar het licht.
Het is een concept waar ook Poul Michelsen veel sympathie voor heeft. “We laten zien dat we mooie ideeën kunnen realiseren als we ons er samen voor inzetten”, aldus de Faeröerder, die niet alleen als ondernemer, maar ook als sporter actief was. Hoezeer het woord ‘misschien’ ook het dagelijks leven van de Faeröer bepaalt – wanneer het erom gaat ideeën te ontwikkelen en te verwezenlijken, lijken zij de voorkeur te geven aan een andere term: ‘zeker’.
Foto’s: Sebastian Vollmert
Video: Martin Schneider‑Lau